Tiny houses zijn al langer in de belangstelling om bij te dragen aan minder C02 uitstoot. Immers omdat ze klein zijn hoef je minder materiaal te gebruiken. Echter worden ze vaak nog wel gebouwd van traditionele bouwmaterialen als steen, beton, staal en hout. En dat zijn nu juist materialen die een negatieve bijdrage leveren aan het tegengaan van de klimaatverandering en de wereldwijde uitstoot van CO2. Steen, beton en staal kosten ontzettend veel energie om te produceren en het gebruik van hout draagt – met de huidige groei van de wereldbevolking – bij aan de verdere ontbossing van de aarde. Kortom de gedachte van tiny houses is goed, maar er moet gezocht worden naar alternatieven. Het tiny house dat nu in Emmen is gebouwd laat zien dat dit kan.
Vanuit de samenwerking tussen kennisinstellingen NHL Stenden, Drenthe College, het Hondsrugcollege en het Duitse Fiber Institute Bremen en de bedrijven Kuipers & Koersbouw/Bioframe, Millvision, KIEM, Hempflax, FIBY, Domesta en het Duitse Naftex is de afgelopen twee jaar gewerkt aan de ontwikkeling van nieuwe technieken om het tiny house in Emmen te bouwen van biogebaseerde materialen. Onder andere de wandpanelen, dakbedekking en kozijnen zijn hiervoor speciaal in dit project ontwikkeld.
Met het demonstratieproject moet nu worden aangetoond dat biocomposieten niet alleen geschikt zijn voor isolatiematerialen, afdekprofielen en platen, maar ook in staat zijn dragende panelen en frame- en skeletbouwconstructies mogelijk te maken die voldoen aan Nederlandse en Duitse bouw- en veiligheidsnormen. De komende tijd wordt het tiny house door lectoren en studenten van NHL Stenden Emmen uitgebreid getest op technische levensduur en weerbestendigheid.
Het Tiny House werd gerealiseerd in het kader van het inmiddels afgeronde Duits-Nederlandse INTERREG V A-project ‘Bio-economie in de non-foodsector’. Het project werd ondersteund met middelen vanuit de Europese Unie, de deelstaat Niedersachsen, zeven Nederlandse provincies en het Nederlandse Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
